Autoren-Bilder

Matthias Depoorter

Autor von Vliegwerk: vogels in de kunst

18 Werke 39 Mitglieder 1 Rezension

Werke von Matthias Depoorter

Getagged

Wissenswertes

Für diesen Autor liegen noch keine Einträge mit "Wissenswertem" vor. Sie können helfen.

Mitglieder

Rezensionen

STAALKAART #31
(c) Laurent De Maertelaer

Vliegwerk van Matthias Depoorter - Pluimen voor de kunst

Kunsthistoricus Matthias Depoorter (1980) ziet ze geregeld vliegen. En dan heb ik het over vogels, voor alle duidelijkheid. In het uitvoerig geïllustreerd Vliegwerk. Vogels in de kunst brengt hij 2 grote passies samen, kijken naar vogels en kijken naar kunst. Dit leerrijk en fraai uitgegeven boek - een ware hoorn des overvloeds, boordevol gefladder, getsjilp en wonderlijk geklieder - biedt een intrigerend en met tientallen weetjes gelardeerd overzicht van het rijk der vogels doorheen de kunstgeschiedenis. ‘Mijn liefde voor vogels begon toen mijn vader me als kleine jongen de lucht in stak langs een conifeer, zodat ik een nest piepende jonge vogeltjes van dichtbij kon zien. Sindsdien ben ik blijven kijken naar vogels.’

Vliegwerk. Vogels in de kunst is een plezier om te lezen, en niet alleen omwille van Depoorters vloeiende en meeslepende schrijfstijl. Als we de kunstminnende vogelaar mogen geloven is de kunstgeschiedenis één grote volière. Straf is hoe Depoorter erin slaagt de deur van die vogelkooi wagenwijd open te trekken aan de hand van zijn persoonlijk verhaal. Het overvloedig boek bestaat uit 5 thematische hoofdstukken, die telkens volgens een gelijkaardig stramien zijn opgebouwd. In Depoorters woorden: ’Vliegwerk is een hybride vorm, een gelaagd boek, met verschillende verhaallijnen. Elk hoofdstuk begint met een soort dagboekfragment, een mémoire zo je wil. Dat is een eerste verhaallijn, een soort reis door mijn geheugen als vogelaar.’ Die persoonlijke insteek heeft als doel de lezer binnen te trekken in het verhaal, maar tegelijkertijd wil Vliegwerk een naslagwerk zijn. Depoorter geeft dan ook telkens een gedetailleerde beschrijving van de vogel in kwestie (zijn uitzicht, zijn habitat, zijn kenmerkend gedrag), en legt een link met het kunstwerk dat aan die bepaalde vogel vasthangt: ‘De lezer krijgt zo een beeld van de praktijk van het vogelkijken, van hoe een vogelaar naar vogels kijkt, op stap gaat.’ Depoorter leert je op die manier anders te kijken naar een schilderij, zoals je naar een vogel zou kijken, dus. Dat werkt bijzonder verfrissend.

Vogels lijken alomtegenwoordig, ook in de kunst. Maar kunstgeschiedenissen met vogels in de hoofdrol, het blijft een zeldzaamheid, een onderbelicht onderwerp, zo blijkt: ‘Er bestaan natuurlijk werken over vogels in de kunst, ik denk aan de boeken van Christine E. Jackson, de moeder van het genre, zo je wil (auteur van onder andere Dictionary of Bird Artists of the World, 1999, nvdr.), maar voor zover ik weet geen enkel met een zelfde persoonlijk opzet als Vliegwerk. Vaak zijn die boeken bovendien te eenzijdig kunsthistorisch, geschreven met de beste bedoelingen maar zonder een ornithologische basiskennis.’ Depoorter durft zichzelf al eens een ‘ornitho-kunsthistoricus’ te noemen: ’Ik ben geen professioneel ornitholoog, maar wel een gediplomeerd kunsthistoricus die vogels in kunst bestudeert. Kennis haal ik uit mijn ervaring als vogelkijker – inmiddels al 25 jaar lang.’

De liefde voor vogels kreeg Depoorter met de paplepel ingegeven, via zijn vader, muzikant Pol Depoorter, nog steeds een fervent vogelaar. Vogels kijken is vandaag aan een soort revival toe, maar ooit was dat anders: ‘Ik herinner mij in het eerste middelbaar dat we ons favoriete voorwerp moesten meebrengen. Ik stond vooraan de klas met een vogelgids in de hand. Ik denk dat ik toen, in 1992, de enige was op school die bezig was met vogels kijken. Dat werd weleens onthaald op gegniffel.’

Een beetje vogelaar reist veel, zo blijkt uit Depoorters boek: ‘Het voordeel is wel dat je overal naar vogels kan kijken. Er vliegt steeds van alles over, zeker nu de najaarstrek volop bezig is. Maar het is inderdaad het perfecte excuus om als vogelaar te kunnen reizen. Een vogelspotter reist de wereld rond, net zoals een kunstliefhebber collecties en musea afschuimt.’ Kunstenaars waren in vroegere tijden vooral aangewezen op opgezette vogels. Ze schilderden vaak vogels die ze nooit hadden gezien. Sommige lijken hierdoor wel fabeldieren, vreemde creaturen ontsproten aan de verbeelding.

Naast grote namen uit de canon van de kunstgeschiedenis geeft Depoorter ook ruime aandacht aan illustratoren, het in de vergetelheid geraakte ‘voetvolk’ dat de vogelgidsen voorziet van natuurgetrouwe beelden: ‘Kunsthistorici maken een strikt onderscheid tussen de schone kunsten en (wetenschappelijke) illustratie. Men vindt dat het vaak niets meer is dan het slaafs nabootsen van de natuur. Onterecht, vind ik. In dat opzicht ben ik een generalist. Het gaat voor mij evenzeer over techniek. Zeer moeilijk trouwens, dat werk van een illustrator, die vaak met slechts één beeld de hele vogelsoort definitief moet vastleggen.’ In Vliegwerk komen ook een aantal minder bekende kunstenaars voor, zoals bijvoorbeeld William Degouve de Nuncques: ‘Een erg mysterieus figuur, een symbolist natuurlijk. Voor mij een van de best bewaarde geheimen van de Belgische schilderkunst. Vogels komen voor in een aantal van zijn werken, De zwarte zwaan bijvoorbeeld. En vergeet ook niet de Zweed Bruno Liljefors, een fantastische vogelkunstenaar.’

Het vierde hoofdstuk gaat over geluid, het tsjilpen van de wereld. Depoorter schetst een boeiende link naar polyfonie en weidt uit over enkele grote componisten die stukken over vogels toonzetten. ‘Luisteren naar vogels is minstens even belangrijk als kijken. Het vergt veel tijd en inspanning om het aan te leren. Vogels verraden vaak hun aanwezigheid door hun zang. Het geluid van vogels maakt het leven trouwens eindeloos veel boeiender. Ik luister constant naar vogels.’

Kan Depoorter één lievelingswerk noemen, stel dat hij voor blok staat? ‘Dat is een heel moeilijke, maar ik denk spontaan aan vier grote kunstenaars: Bruno Liljefors, John James Audubon, Jan Brueghel en John Everett Millais. Als werk kies ik voor Millais’ The ruling passion ook gekend als ‘The ornithologist’. Het is het allerlaatste werk dat aan bod komt in mijn boek. Een vogelkenner, gebaseerd op John Gould, ligt op een fauteuil, bedlegerig, maar met een koningsparadijsvogel vogel in de hand, omringd door zijn kleinkinderen en een dochter. Ik vat het op als een vader die de liefde voor vogels aan zijn kinderen doorgeeft. Een inspirerend werk.’ Zoals gezegd breekt Depoorter ook een lans voor bij het grote publiek minder bekende illustratoren, een ervan is de grote Raymond Harris-Ching, een hedendaagse Nieuw-Zeelandse kunstenaar, die nog steeds actief is. Depoorter: ‘Ching schildert zo goed als de beste oude meesters. Hij begon zijn carrière met een vogelgids, een van de best verkochte vogelboeken ooit, The Book of British birds, uit 1969. De redacteurs hadden circa 6 jaar voorzien om alle vogels te kunnen schetsen en vastleggen in beelden, ze dachten zelfs dat ze meerdere kunstenaars nodig gingen hebben. Ching deed het in 1 jaar, en nog ronduit subliem ook!’

En heeft Depoorter een favoriete vogel? ‘De lammergier! In het Spaans ‘quebrantahuesos’, of ‘hij die de botten breekt’. Hij pakt namelijk botten, vliegt er mee rond en laat ze vallen. Dan barsten die en slurpt hij het merg eruit. De vogel komt onder andere voor in de Pyreneeën, maar was bijna uitgestorven. Er zijn wereldwijd nog maar heel weinig broedparen van. Mijn eerste keer dat ik die zag was in 1995. Het jaar ervoor was ik speciaal om hem te spotten naar Spanje getrokken maar zonder succes. Een jaar later zag ik hem tot 3 keer toe. Als je een beeld ziet van gieren zijn dat meestal vale gieren, in groep, rond een karkas, vechtend om een stukje kreng. Maar de lammergier is een Einzelgänger, een solitair. Een mythische soort.’

Om af te sluiten krijgen we nog een open oproep mee: ‘Ik heb dit boek geschreven voor iedereen die nieuwsgierig is en graag leest, maar uiteindelijk zou ik er heel graag een tentoonstelling willen van maken. In het Rijksmuseum, bijvoorbeeld (lacht).’

Vliegwerk. Vogels in de kunst van Matthias Depoorter, Athenaeum-Polak & Van Gennep, ISBN 9789025300579, 288 blz., €35
… (mehr)
1 abstimmen
Gekennzeichnet
MaerCat | Dec 16, 2015 |

Statistikseite

Werke
18
Mitglieder
39
Beliebtheit
#376,657
Bewertung
4.0
Rezensionen
1
ISBNs
13
Sprachen
3