Dit verhaal gaat over Jasper. Hij woont in Amsterdam, hij is heel slim (knap) en heeft veel boeken gelezen en veel boekenkennis. Hij vindt zijn leven saai en leert de Korilu kennen, al snel komt hij erachter dat dit een klein wezentje is dat van reizen houd samen met kinderen. De Korilu gebruikt veel gekken woorden, dit lees je ook terug in het boek. Zk noemt de Korilu de wereld de Griebel, leugens zijn Tripsels, Jasper noemt hij vaak Roef, en Afrika noemt hij Heetje. Dit boek speelt zich af in de geschiedenis, hij komt namelijk op een schip terecht met negers die naar Afrika varen, dit is een voorbeeld dat het boek zich afspeeld in oudere tijd. Verder is dit boek een boek vol acties na op iedere 2 pagina's gebeurt er wel iets. Vind ik ook een nadeel omdat je heel snel van situatie veranderd in het boek. Ook merk je dat het boek oud is aan bepaalde zinnen en woorden.
Ik vind het boek niet heel leuk om die reden, maar het verhaal origineel, verweg doet het me denken aan de gorgels omdat daar ook een wezentje en een kind in grote lijnen op reis gaan en dat hier ook gebeurt.
Gelezen voor de kerstvakantie en thuis uitgelezen in de kerstvakantie. ( )

Wat moet je nog op school als je het slimste jongetje van de klas bent? Jasper gaat maar op een bankje in het park zitten en verveelt zich. Hij weet toch alles al! Dan ontmoet hij Korilu, die hem uitmaakt voor Kroet, een domoor die nog niets van de wereld weet. Eerst is Jasper boos: wat denkt die Korilu wel! Dan wordt hij nieuwsgierig: wie is Korilu eigenlijk?